Airbags
Signaaloverdracht: het airbagsysteem omvat sensoren (bijv. Impactsensoren, crashsensoren) die plotselinge vertraging of impact detecteren tijdens een botsing. Deze sensoren sturen signalen naar de airbagbesturingseenheid (ACU), die vervolgens de implementatie van de airbags activeert. De kabelboom verbindt deze componenten en zorgt ervoor dat signalen snel en nauwkeurig worden verzonden.
Betrouwbaarheid en tijdigheid: bij een crash zorgt de kabelboom voor dat de ACU gegevens van de sensoren zonder vertraging ontvangt en de airbag activeert om op het juiste moment te implementeren. Een vertraging kan leiden tot ineffectieve implementatie, waardoor de veiligheid in gevaar wordt gebracht. De kabelboom moet robuust en bestand zijn tegen impact, trillingen en extreme temperaturen.
Back -upsystemen: Automotive bedrading harnassen Vergemakkelijk ook de verbinding met back -upveiligheidssystemen, zoals de zijkantgordijnairbags of veiligheidsgordel pretensioners, zodat ze indien nodig samenvoegen.
Sensoren (botsing, nabijheid, bezetting)
Botsingsdetectie: verschillende sensoren (bijv. Accelerometers, gyroscopen) zijn geïntegreerd in de veiligheidssystemen van een voertuig om de richting en kracht van een crash te detecteren. De kabelboom verzendt de gegevens van deze sensoren naar de ingebouwde besturingseenheden van het voertuig voor snelle analyse en respons. Zonder een goed functionerend harnas kunnen sensoren geen kritieke gegevens bieden, het uitstellen of zelfs voorkomen van de activering van veiligheidssystemen zoals airbags of automatisch remmen.
Nabijheidssensoren: parkeersensoren en botsingsvermijdingssystemen gebruiken ultrasone of radarsensoren om obstakels rond het voertuig te detecteren. De kabelboom maakt communicatie tussen deze sensoren en de bedieningseenheid mogelijk, waardoor tijdige waarschuwingen voor de bestuurder worden gewaarborgd en veiligheidsvoorzieningen worden geactiveerd, zoals automatisch remmen of stuuraanpassingen.
Bezettingsensoren: veel moderne voertuigen gebruiken bezettingssensoren om te bepalen of een passagier zit of dat de veiligheidsgordel correct is vastgemaakt. Deze sensoren zijn verbonden via de kabelboom op systemen die de airbag -implementatie aanpassen, zodat airbags alleen indien nodig worden ingezet en op een manier die veilig is voor de passagier.
Antiblokkeerremsysteem (ABS)
Sensor Data Transmission: de ABS is gebaseerd op wielsnelheidsensoren die constant de rotatie van de wielen controleren. Wanneer het systeem een verlies van tractie detecteert (bijvoorbeeld tijdens hard remmen), moduleert het de remdruk om te voorkomen dat de wielen worden vergrendeld. De kabelboom verbindt deze sensoren met de ABS-besturingseenheid, waardoor realtime gegevensoverdracht mogelijk is voor snelle aanpassingen aan remdruk.
Signaalverwerking en respons: de ABS -regelkleek ontvangt de sensorgegevens via het kabelboom en activeert de hydraulische modulator, die de remdruk afzonderlijk aanpast aan elk wiel. Dit proces gebeurt snel om skidding te voorkomen en de voertuigcontrole te behouden tijdens noodremsituaties.
Integratie met andere systemen: het kabelboom vergemakkelijkt ook de communicatie tussen de ABS en andere veiligheidssystemen, zoals stabiliteitscontrole en tractiecontrole. Dit geïntegreerde reactie zorgt ervoor dat het voertuig maximale controle handhaaft, zelfs onder ongunstige omstandigheden.
Elektronische stabiliteitsregeling (ESC)
Gegevensintegratie en synchronisatie: ESC -systemen gebruiken sensoren om de snelheid, stuurhoek en laterale versnelling van het voertuig te controleren. De kabelboom zorgt voor de tijdige communicatie van sensorgegevens naar de ESC -bedieningseenheid, die de informatie verwerkt en de nodige remmen activeert om elk verlies van voertuigstabiliteit te corrigeren.
Dynamische aanpassing: omdat het systeem tekenen van slippen of overstuur detecteert, kan het kabelboom het ESC -systeem de remmen op specifieke wielen betrekken om te voorkomen dat het voertuig de controle verliest. De kabelboom zorgt ervoor dat het systeem deze acties in milliseconden kan uitvoeren om het voertuig stabiel te houden.
Adaptive Cruise Control (ACC) en botsingsvermijding
Radar- en camerasensoren: adaptieve cruisecontrolystemen gebruiken radar, camera's of een combinatie van beide om het voor ons verkeer te controleren en de snelheid van het voertuig dienovereenkomstig aan te passen. De kabelboom zorgt voor de verzending van radar- en cameragegevens naar de ingebouwde computer van het voertuig, waardoor het realtime snelheidsaanpassingen kan maken.
Noodremmen: veel moderne voertuigen met ACC hebben automatisch noodremmen (AEB) die de remmen kunnen aanbrengen als een botsing op handen is. De kabelboom zorgt voor de snelle communicatie tussen de sensoren, besturingseenheden en remsystemen, waardoor het AEB -systeem kan functioneren wanneer dat nodig is.
Voetgangersdetectie en automatisch noodremmen
Detectie en reactie: geavanceerde veiligheidssystemen zoals voetgangersdetectie gebruiken radar, camera's en infraroodsensoren om voetgangers of andere obstakels op het pad van het voertuig te detecteren. De kabelboom is verantwoordelijk voor het verzenden van de gegevens van deze sensoren naar de besturingseenheid, die de nodige actie bepaalt (bijv. Het toepassen van de remmen of het wegsturen).
Geïntegreerde functionaliteit: deze systemen werken vaak in combinatie met adaptieve cruise control en andere veiligheidsvoorzieningen, en de kabelboom zorgt ervoor dat ze naadloos zijn geïntegreerd om ongevallen te voorkomen, met name in stedelijke omgevingen met hoog voetgangersverkeer.
Back -upcamera's en parkeerhulp
Real-time videofeed: back-upcamera's bieden een live videofeed om stuurprogramma's te helpen bij het veilig omkeren. De kabelboom verbindt de camera met het centrale display van het voertuig en zorgt ervoor dat het videosignaal in realtime wordt verzonden, waardoor de bestuurder een duidelijk zicht op obstakels achter het voertuig biedt.
Sensorintegratie: naast camera's gebruiken parkeerhulpsystemen naderingssensoren en de kabelboom zorgt voor communicatie tussen de sensoren en het besturingssysteem van het voertuig, het activeren van meldingen of automatisch remmen wanneer obstakels worden gedetecteerd.
Elektronische besturingseenheden (ECUS)
Gecentraliseerde besturing: Automotive -kabelbanen verbinden meerdere ECU's die verschillende veiligheidssystemen in het voertuig beheren. De ECUS ruilen gegevens met elkaar uit om acties te coördineren, zoals remmen, sturen en airbag -implementatie. De kabelboom zorgt ervoor dat alle ECU's in realtime communiceren om de juiste veiligheidsmaatregelen zonder vertraging te activeren.3